MHF 3: GEDINNE Tussen de Houille en de Lesse

Gedinne is een dorp in het zuidoostelijke deel van de provincie Namen, de relatief smalle strook tussen de inham van Givet (Frankrijk) en de provincie Luxemburg. Het dorp bezit een bezienswaardige kerk van 1772, met op het hoogaltaar een eiken gepolychromeerd retabel (ca 1560), voorstellende de Juegd en het Lijden van Christus.
Gedinne ligt aan het riviertje de Houille (bijrivier van de Maas). De route verloopt in het grensgebied tussen Namen en Luxemburg, als het ware op de kam die de stroomgebieden van Houille en Lesse scheidt.

Beginpunt
In het centrum van Gedinne, net achter de kerk, bevindt zich een relatief groot kruispunt, met name op de place Colonel Blondeel. U neemt plaats op dit plein en u volgt de pijlen Charleville (45 km) en Membre (18 km). Meteen steekt u de Houille over en via de N935, een echt niet zó drukke weg, rijdt u het dorp uit.

De tocht
Op km 0,800 passeert u het doorgestreepte plaatsnaambord van Gedinne, lichtjes klimmend over de N935.Een goede kilometer verder (km 1,900) fietst u het plaatsnaambord van Louette-Saint-Pierre voorbij en u blijft de N935 volgen tot net voorbij kilometerpaal 6. Dus op km 2,300 blijft u gewoon rechtdoor houden (pijlen Bohan en Membre volgend); rechts van u kijkt u uit over Louette-Saint-Pierre, beheerst door zijn kerkje: een pittoresk dorpsgezicht. Op km 3 moet u evenwel de N935 naar links verlaten (voorzichtig hier) en u volgt nu de pijl Louette-Saint-Denis. U moet dadelijk bepaald stevig aan de klim, langs glooiende weiden.

Op km 3,600 wacht het plaatsnaambord van het vermelde dorp en rechts van u strekt zich een weids panorama uit met het dorpje Houdremont. De klimpartij duurt niet lang en weldra daalt u lichtjes af naar Louette-Saint-Denis, dat in al zijn eenvoudige schoonheid vóór u ligt.

Even vóór het centrum van het dorp klimt u op naar het neo-gotische kerkje (1878) en u houdt gewoon rechtdoor. Dit heiligdommetje passeert u op km 4,900 en even verder blijft u de rechtdoorrichting aanhouden, waarbij u de pijlen Bievre (tweemaal na elkaar) volgt.

Vooralsnog moet u weer lichtjes aan de klim, maar verderop, nogal stevig, want u moet de heuvelrug vóór u op. Aan uw rechterhand ontvouwt zich een groen weidelandschap met hier en daar groepjes bomen.

Vanaf km 6 rijdt u ongeveer horizontaal met links en rechts een aangenaam agrarisch land-schap, begrensd door bossen. Volgt dan (vanaf km 7,200) een kort eind beukenbos met in het begin en ook verderop spar.

Verderop (km 8,500) bereikt u een voorrangsweg. U steekt die vrijwel rechtdoor over, maar u moet hier toch goed oppassen voor het van rechts komende verkeer.

Vóór u ligt het dorp Bievre en daar gaat u nu op af (plaatsnaambord op km 9,600). Even verder (km 9,900) moet u met de hoofdweg mee naar links, en achter het kerkje (km 10,100) mee naar rechts, op Graide af. U komt uit op een groot kruispunt, bij de N95, en daar volgt u de pijl Graide (nog 3 km); dus u fietst de weg op, links van het kerkhof. Meteen bevindt u zich weer op een rustige asfaltweg en in een wijde, naar links gerichte bocht gaat u het doorgestreepte plaatsnaambord van Bievre voorbij (km 11 ). Via een brug steekt u een spoorbaan over en erna berijdt u een prachtige, vrij brede weg, die nu eens klimt (soms vrij nijdig) en dan weer daalt.

Vanaf km 12,500 is het dorp Graide vóór u te zien, gelegen in een fraai landschap (plaats-naambord op km 13,600). Op km 13,800 houdt u rechtdoor op het kerkje aan (geklasseerde toren) en nog 400 m verder, vlak vóór dit heiligdommetje, moet u linksaf, richting van de pijl Porcheresse.

Nog 200 m verder, op een wegsplitsing bij een lelijk monument, moet u andermaal linksaf, een dalende weg op (op dit kruispuntje staat een bijna onleesbare pijl met Porcheresse erop).

U Iaat het grondgebied van Graide achter u (doorgestreept plaatsnaambord op km 14,600) en weerom fietst u door een prachtig, weids land met alle tinten van groen en met boeiende wegbermen en overal om u heen bospartijen.

Op de grens van de provincies Namen en Luxemburg ligt een vrij smalle bosstrook. U klimt erheen, vrij stevig, en er voorbij rijdt u door meer open land op Porcheresse af. Op km 17,300 passeert u het plaatsnaambord van dit dorp en op het kruispuntje erbij blijft u praktisch rechtdoor gaan. De weg wendt naar rechts en leidt u het dorpje binnen. Net voorbij het kerkje (km 17,900) moet u haaks naar links, richting Gembes en Haut-Fays. U blijft rechtdoor houden tot op km 18,200 en daar moet u linksaf (rechtdoor loopt de weg dood). Een paar honderd meters verder ligt Porcheresse alweer achter u (doorgestreept plaatsnaambord op km 18,500) en u daalt vrij stevig af naar het gehuchtje Les Rives, aan het riviertje La Mache Ruisseau, in het diepste deel van het dalletje, een buitengewoon schilderachtig plaatsje. U volgt het valleitje naar rechts met het klaterende riviertje aan uw rechterhand. U moet hier door een aantal bochten en af en toe ook langs een rotspartij.

Op km 20,800 gaat u het plaatsnaambord van Gembes voorbij en meteen fietst u de kleine woonkern binnen.

400 m verder bereikt u een kruispuntje (met het kerkje van het dorp op een hoogte rechts van u); hier blijft u gewoon rechtdoor de hoofdweg volgen, richting Haut-Fays. Nog even verder (km 21,500) ligt een kruispunt en daar gaat u haaks naar links en nog wat verder rechtdoor (pijl Haut-Fays volgen). Stevig klimmend laat u Gembes achter u. Hier volgt weer een memorabele klimpartij: u moet van 300 naar 440 m (in Haut-Fays) en aanvankelijk héél steil. Op km 22,200, op een wegsplitsing, gaat u rechtdoor. 700 m verder ligt links het gehucht Sclassin (plaatsnaambord op km 22,200). (Hier ziet u links "Maison Haut-Fays" liggen )

U blijft de hoofdweg volgen in een grote bocht naar rechts en nog steeds klimmend, want u bent nog niet in Haut-Fays.

Het laatste stuk naar dit dorp toe is erg lastig; minder geoefende fietsers zullen hier waar-schijnlijk een eindje voetenwerk te doen hebben.

Op km 24,700 gaat u het plaatsnaambord voorbij en 300 m verder bereikt u het centrum van het dorp, de Grand'Place, die merkwaardig 'zuiders' aandoet. U komt daar uit op een voorrangsweg en die moet u naar links op, richting van de pijl Gedinne (nog 5 km). U passeert een enorme pyloon, rechts van u, op het hoogste punt van de streek.

Nog even verder (km 26) fietst u een bos en tevens de provincie Namen binnen, nu lichtjes dalend door een enorm mooie beukenwoud (Bois de Bievre), met af en toe ook een partij naaldhout.

Midden in het bos (km 26,900) ligt een kruispunt en daar peddelt u rechtdoor: pijl Gedinne blijven volgen en de afstand die u ervan scheidt, blijft maar 5 km.

300 m verder passeert u het plaatsnaambord ervan en u daalt af via een aantal stevige bochten en onder een spoorweg door. (Net rechts onder de spoortunnel is een leuke uitspanning voor het drinken van een biertje. De tocht is hier toch bijna ten einde. Red)

U blijft dalen tot op een voorrangsweg (km 28,500) en die gaat u naar links op (pijl Gedinne, nog 4 km). Rechts van u ligt een vijver en wat verder alweer een kruispunt (km 29), waar u rechtsaf zwenkt (pijl Gedinne-Centre, nog 3 km).

Andermaal fietst u door een fraai, groen land, maar duidelijk meer bewoond nu. Vanaf km 31 gaat u matig dalend op het eindpunt af en weldra zijn de eerste huizen van Gedinne te zien.

Op km 31,900 flitst u weer eens een plaatsnaambord van dit dorp voorbij en nog even verder rijdt u het dorpscentrum binnen, waar het uitstapje eindigt aan de place Colonel Blondeel (km 32,200).